NIKO BRENGT BOODSCHAP VAN HOOP EN VREDE…
Op zondag 27 april 2014 werden ruim 500 toeschouwers verwelkomd op de Duitse Militaire Begraafplaats van Lommel. Ter gelegenheid van de herdenking van “100 Jaar Groote Oorlog” kon het publiek een tocht afleggen op het kerkhof, begeleid door muziek, woord, theater en beeldende kunst.
Het NIKO zorgde voor het grootste gedeelte de kunstzinnige invulling van de middag. Het publiek werd op de binnenplaats meteen verwelkomd door het harmonieorkest met de uitvoering van “Et in Terra Pax”. Een indrukwekkend muziekstuk rond oorlog en vrede. Passende geprojecteerde beelden moesten het publiek onderdompelen in de sfeer van het stuk.
Meteen daarna lokte trompetgeschal het publiek naar de achterzijde van het kerkhof, waar de gesneuvelden van de eerste wereldoorlog begraven zijn. Leerlingen van de theaterklas van Karla Deroost brachten er passende teksten en getuigenissen. Die teksten werden afgewisseld met zang van leerlingen uit de klas van Anja Van Engeland.
Aansluitend lokte een doedelzakspeler het 500-koppige publiek achter zich aan richting crypte, waar het NIKO-harmonieorkest zich inmiddels opnieuw opstelde. Na een mooi samenspel tussen doedelzak en harmonie, was het aan dansers van Imago Tijl en balletschool Pantarei. Dat optreden werd dan weer gevolgd door een prachtig solistisch optreden van lerares Anja Van Engeland, begeleid door het harmonieorkest. Dat leverde niet alleen mooie muziek op, maar ook een prachtig beeld met Anja boven op de crypte, die als een engel het publiek toezong. Een groep balletleerlingen uit de lagere graad 4 dansten op muziek van het orkest: een mooi en hoopvol beeld…
Als kers op de taart maakten 900 kinderen van de afdeling Beeldende Kunst een prachtig kunstwerk met glazen flessen.
Buiten het kerkhof zorgden leerlingen van de afdeling jazz voor een waardige afsluiter van een prachtige middag. Zowel publiek als uitvoerders waren het eens : alles viel perfect samen : mooie uitvoeringen, prachtig weer, een fijn publiek en een vlekkeloze organisatie!
Fotograaf: Jean Van Dijck